De opgaande zon

Titel
De opgaande zon

Jaar
1908

Druk
1932

Overig
4ed

Pagina's
176



30    EERSTE BEDRIJF, NEGENDE TOONEEL

Moeder (fel):

Jullie! Jullie! Sta ik niet voor alles alleen. . . .! Stooten jullie niet iedereen af? Is Doortje zoo pas niet nijdig weggeloopen? Doortje, wie je d'r laatste centen afgenomen heb....

M a t h ij s:

T egen behoorlijke quitantie ....

Moeder:

Hou je mond met je misselijke nonsens! .... Hij zich van de zaken wat antrekken! Most-ie gisteravond niet de jaarvergadering — de jaarvergadering van z'n rederijkerskamer bijwonen, heeft-ie Zondag wéér bestuursvergadering, hier aan huis, terwijl de belasting nog niet betaald kan worden. . . . terwijl de hypotheekbank driemaal op 'n dag telefoneert! .... telefoneert — vraag waarvoor wij, die ons niet weten te roeren 'n telefoon,

n telefoon, noodig hebben allemaal nonsens

uithalen, nonsens, grootheidswaanzin.. . (smartelijk) .... Nooit heb 'k zoo iets bij m'n eigen ouwers voor me gezien, nooit — 'k ben bang, bang — bang voor den nacht, bang voor den morgen. ... (af in keuken).

M a t h ij s:

Ja, ja. Licht dat 'k iets op m'n boterham krijg! S o n j a:

Hè, nee — zit nou niet zoo, vadertje!

M a t h ij s:

Je heb gelijk — je heb gelijk!

Moeder (terug uit keukent vouwt servet van tafel) :

'n Telefoon, 'n telefoon! Voor wat n telefoon!




Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.