De opgaande zon

EERSTE BEDRIJF

(Het tooneel ver-beeldt een huiskamer met erker-optrek achter een winkelmagazijn. De huiskamer omvat het eerste €n het tweede plan — de erker-optrek steekt in het rechter gedeete van den geheelen achtergrond. Een drie-treeds trapje leidt er heen. Links, achter in den erker, de deur naar het magazijn. Daarnaast een langwerpig venster, waardoor slechts weinig van de wanden-uitstalling te zien is. Derde plan, rechts, in den erker, een venster. De linker helft van den achtergrond is een uitbouw van het belendend pand. Vlak tegen het trapje aan: een kleine deur, die naar een kelder voert — de trap omlaag dadelijk zichtbaar. Daarnaast een buffetkastje. Eerste plan, links, deur naar keuken — tweede plan, dito, een vulhaard. Op het eerste plan, rechts, een schrijfbureau met telefoon en staande lamp — op het tweede plan, dito, de deur naar de slaapkamers. De erker wordt door een hek werkje af gerasterd. Bij het venster een horlogemakers-werkbank. Tegen den blinden wand van den uitbouw verschillende klokken. Ronde tafel in het midden — er boven gaskroontje, waarvan één kousje brandt. Groenige dagschijn door venster van den erker.)

Eerste Tooneel ABRAHAM, GROOTVA, MOEDER, SONJA.

Abraham (door winkeldeur met kist houtwol, komt het trapje af, ontsteekt een kaarslantaarn die aan een spijker bij de kelderdeur hangt, terwijl Moeder aan de half gedekte tafel brood snijdt, Sonja bij het schrijfbureautje papieren sorteert en Groot va bij het erker venster over een uurwerk gebogen is) :

Let je op de schel? (af in kelder).