En terwijl hij, zeer in zijn eentje, volkomen aangekleed het hoogtepunt kreeg riep hij : ‘O, als dat de burgemeester eens zag! Als dat de burgemeester eens zag!’
We gingen weer terug naar Amsterdam. Daarna ben ik nog herhaaldelijk met hem uitgeweest.
Altijd riep hij op het hoogtepunt: ‘als dat de burgemeester eens zag.’ Zo schonk hij zich de illusie, dat hij een maagd verkrachtte in het bos, iets waar de burgemeester, wel of niet met ambtsketen, zich heftig verontwaardigd over zou betonen.
Hoe het later uitraakte weet ik niet meer. Schnitzler zegt in Anatole: sommige vrouwen laat je staan als een paraplu.
Sommige mannen ook.