Ze hééft geholpen, genereus geholpen, en toen ’k ’r hartelijk zoende, voelde ’k dat ze van mij hield en ik van haar. ’t Is alles afschuwelijk tegengeloopen. Had ’t zich geredresseerd, dan hadden we ’n goeie vriendin an ’r gehouen. Hoeveel keer heeft ze zich in die dagen bij me beklaagd, heusch waar-achtig-eerlijk beklaagd, dat ze na den dood van ’r man nergens meer ’n tehuis had gehad. ... Nou is ze geprikkeld -wees redelijk - de helft van ’r beetje vermogen. .. . jasper:. . . . Gedekt door jouw zwart-op-wit met vijf procent rente. Nou, met dien advocaat van meer dan kwaje zaken, heeft zij de gevoelsquaestie buitengesloten. Dupe kan ze gelukkig niet worden. Zij niet. . . .Ja, ja, ’k denk dat ’k hier den langsten tijd in m’n gezellig hoekje naar levende en doode tijdgenooten heb gekeken. . . .
mop: ’t Spijt me zoo vreeselijk voor ’t kind en voor jou. . . . jasper: (glimlachend door de microscoop kijkend, en pratend zonder op te zien) . . . .Voor mij ? . . . . Waarom voor mij ?.... Heb je me na dat goddelijk ongeluk met m’n been, dat jij - lieve ziel - als huwelijkscadeau mee heb gekregen - ooit anders gekend, dan ’k hier voor je zit?. . . . Voor mij ?. . . . Of’k op ’n dakkamer kom, of in ’t Armenhuis, of, voor wie weet welk mal wettelijk misdrijf, in ’n gevangenis, zooals die kleine kruisspin hier, niemand kan me beletten m’n oogen dicht te doen en te droomen, of ze open te doen - overal wonderen te zien en wéér te droomen. Nee, nou moetje één oogenblik hier komen. . . . Prachtig!. . . . Om voor te knielen.. . . Zie je ’r ? Meer buigen. .. . mop: ’k Zie ’t witte kruis op ’r rug. . . . jasper: Zie je de pareltjes goud op de bovenzij van ’t kop-borststuk ?
mop: Een, twee, drie, vier. . . .
jasper: .... Vijf, zes, zeven, acht oogen. Ze is al begonnen
52