Herman Heijermans
Elsje Nou, ma!
Jan
Nooit gezien! Ik wil je niet eens zeggen wat ik wou!
Elsje Nou pa! ...
Jan
... Hou je mond! Moet je me in ’t bijzijn van me dochter voor leugenaar uitmaken! ’t Was half twee en de grok was koud, koud!
Margriet
’t Was half één! Al ga je op je kop staan, half één!
Dirk
(op, nerveus) Goeieavond!
JAN
(driftig) Da’s goed datje komt! Als jij hete grok...
Dirk
Ach wat grok. Heb je niks anders te doen als te leuteren! Hebben jullie, God beter ’t, het nieuws gehoord?
Margriet ’t Nieuws...
JAN
Welk nieuws?
Dirk
Van vader! Dat kletst over grok! (woedend) Hij is stapel geworden, stapel! Hij gaat trouwen, God beter ’t, met zijn huishoudster!
Elsje
(in de handen klappend) Ha fijn! Dan komt er een bruiloft!
Margriet
De kamer uit!
Jan
De kamer uit!
Elsje
Hè ma! Hè pa!
Margriet
De kamer uit!
64