III.
GENERATIE.
DROOM.
Ik heb wel dit gedroomd.
Er zvas een grauwe, grijze nevel, een mist vait zwart■ waarin de stramme kruisen van het rustig kerkhof als angstige skeletten spookten op.
'-Ik heb gehoord toen vreemde stappen over menschen-beendren. Knokels gleden' krakend af en knarsten hol tegen elkander. Dor blarenritslen in den wind geeft zachter dat geluid%
Ik heb geluisterd toen naar wat gebeurde op V zwarte Doodenhof . Een man ging langs de graven. Ik weet nog hoe zijn kop gegroefdeen groote kop, en hoe zijn haar en baard van, sneeuwrig wit in grauwen nevel glansden. Ik weet nog dat zijn