DE PERS OVER „TRINETTE"
WOLFGANG in de Nederl. Spectator.
Geen symbolisme, maar een schilderijtje in het genre der oud-Hollandsche schilderkunst Het volksleven van nabij gezien. Geen Jan Steen, maar een Herm. Heijermans. Een novelle, uit het staal der waarheid gesmeed en „Aan Frederik van Eeden gewijd”.
Wie zoo schrijft, kan zeggen: „ik ben er”. En dat resultaat weer alleen verkregen door eenvoud en natuur, die zoo moeilijk te vinden sleutelzet van het probleem der kunst.
De Indische Mercuur.
Een meesterlijke schets der gewaarwordingen van een dorpsmeisje uit de omstreken van Brussel, dat onbewust verlangend is naar de genoegens der groote stad. Zij komt daar spoedig in betrekking en gaat weldra onder in den maalstroom van het haar vreemde leven. Het is als een reeks tableaux-vivants, die voor ons oog voorbijtrekt, zoo meesterlijk zijn de beschrijvingen en ontledingen. Enkele tafereelen blijven den lezer nog lang bij. Zoo bijv. de tocht naar Brussel ter gelegenheid der nationale feesten, het tooneel in het café-chantant, het doodsbed van Victorine enz. Leesgezelschappen zullen wel doen, zich dit boek aan te schaffen.
Het Vaderland.
De geschiedenis van een dorpskind, dat te Brussel komt en op den verkeerden weg raakt, knap verteld en met groote oprechtheid, zonder een streven naar mooi doen, zonder conventie.... Ten slotte nog dit: „Trinette” is geen lectuur voor jonge meisjes, maar daarom volstrekt niet een onzedelijk boek.
Het Algemeen Handelsblad.
De schrijver heeft een aardigen kijk op de dingen. Hij teekent met enkele lijnen, doch ze staan op haar plaats en stellen, hetgeen weergegeven wordt, den lezer helder voor den geest. De beschrijving van het Brusselsch avondfeest is levendig en treffend. Aardig gedacht is de groote verbazing van een bedelares, die in een rijkelui’s woning ziet, hoe iemand weigert van een der schotels te nemen. „Verbeeld je: weigeren!”