Dageraad

Titel
Dageraad

Jaar
1920

Pagina's
139



HEIJERMANS

DERDE TOONEEL

ADAM MARJOLEIN

ADAM

Toen ik nog jong was, kreeg ik met 'n lat,

Als ik zoo sprak met losgebroken tong!

Er scheelt jou wat. Jij blijft zoo stil, alsof Je over 't ouwe tobt. En dat mag niet.

MARJOLEIN Ik tob niet. Deed ik het — wat dan? Wat dan?

Een blad dat heenwaait houdt geen kleuren meer,

Een doode tak geen vocht, geen bloesemdraad----

(tast even rond) Kom, ik ga zelf — ik zal voorzichtig zijn.

ADAM Eén hart dat vol is bidt.

MARJOLEIN

Tot wie? Tot wat?....

ADAM

Dat zegt men niet, mijn kind!----

MARJOLEIN

Tot wat? Tot wie?

Je hemden vouwen en je oogen dicht,

Zoo heb jij 't ons als kinderen geleerd,

Zoo zie 'k ons nog aan) tafel zitten bij Mekaar, toen moeder leefde en mee-bad.

Je handen vouwen en je oogen toe,

Omdat je Gód in 't donker van je hoofd, Aandachtiger besmeekt dan bij het zien

Van menschen, dingen, waarvan je veel houdt____

Grootvader Adam, als ik schrei, lach ik Om 't heete vocht, dat uit mijn oogen wil.

Ik vecht het uit alleen. Ik heb een troost.

ADAM

Hoe kan een andre troost?....

MARJOLEIN

.... 'k Heb 't verdiend.

ADAM Verdiend? Wat kal je nou?

MARJOLEIN

Is er geen straf

7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.