De schoone slaapster

Titel
De schoone slaapster

Jaar
1909

Druk
1911

Pagina's
134



Regent. Bedoelen dee je ’t evenmin ?

Sero. Niet dat ik weet.

Regent. En denken, denken ?

Sero. Zelfs niet dróómen, Excellentie — en bij God, de droom is van een bandloosheid, wanneer je stevig slaapt en snurkt, om in een ijzer dwangbuis op te sluiten!

Regent. Dus ik ben uitgezonderd ?

Sero. ’k Heb niet aan u gedacht ’k zou vloeken bij mijn zwaard en bij mijn éér — als ik ’n zijgeweer bezat — en als ze op mijn eer in ’t pandjeshuis ’n tiende penning of ’n knijzer schoten!

Regent, (tot de vlieg) Ho! Ho! Verboden toegang, lijkenschenner! (sarrend-zoet tot Sero) Jij ruit niet op?

Sero. Beweert dat iemand ? Als ik ’t dee — had die meneer me niet gehouden, voor jaar en dag?

Regent. Jij scharrelt overal — langs veld en wegen — op markt en plein — in dorp en kroeg — Wat doe jij daar?

Sero. Verhalen en vertellen.

Regent. Vertellen? Wat?

154

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.