EERSTE BEDRIJF
(Een sober-gemeubileerde woonkamer. Eerste plan, links, een gesloten schrijfbureau, waarboven, het portret van een man. Tweede en derde plan, links, glazen deuren met tullen gordijnen. In den achtergrond een buffet en een piano, waartusschen een deur. Eerste en tweede plan, rechts, een ronde gedekte tafel, waarop een brandende lamp. Derde plan, rechts, een deur. Stoelen door de kamer verspreid. Bij het buffet een rieten hondenhok.)
EERSTE TOONEEL
ANNEMIE, TANTE BETTINA.
Annemie (een ouwelijke meid met smerige dienstbodejapon en een bevuild voorschoot. Zij is bezig te eten, schenkt zich een glas wijn in, slurpt dat langzaam-behagelijk. Tot het hondehok sprekend):
Nou, nou zalle we nog is kijke, of je niet lus (snijdt *n stuk
vleesch op *n bord) — Me lekkere toeter, me liefe engel van 'n
beest Enne as je maagie van streek blijft, dan zalle we mor-
rege de hondedokter is late komme Maling an hèm of-ie 'r
bij is, ja of nee!.... (met het bord naar het hok gaand) Hier is de
vrouw, liefie Hoor je niet, toeter?,... (houdt'n stuk vleesch
tusschen de tralies)....Wel jessis nog toe, zoo’n arreme slob-
ber.... La-je kop nou niet hange Vréét nou wat, beest 1____
Je ken toch niet van de lucht leve Niet? — Ach, ach wat
heb ik'n zwaar hoofd over jou (zij gaat weer zitten, neemt
’n stuk ommelet, strooit daar rijkelijk suiker op, schenkt zich nog een glas wijn in. De huisschel gaat over. Zij eet rustig door. De huisschel gaat nog eens over) Wacht maar, hoor] 'k Ben heele-
maal niet van plan (de schel gaat driftig over) Wel jessis
nog toe!.... (zij staat nijdig op, trekt de gordijnen van’t eene raam weg, schuift het venster omhoog, steekt het bovenlijf over het kozijn, schreewt naar beneden): ....Wie daar? Wat mot je?
(zachter) Ik kom, ik kom (hangt snel een servet over de wijn~
flesch, kijkt onrustig de kamer af) Wat zal me nou gebeure! Daar
zal ze van opkijke (zij gaat heen door de achterdeur, keert
na eenige oogenblikken met Tante Bettina terug) 'k Dacht