54 TWEEDE BEDRIJF, DERTIENDE TOONEEL
Stans:
'k Heb geen trek.
Cor:
En daar net nog had je 'n gééuwhonger?
Stans:
Had 'k?.... Ja, da’s gek. Dat gebeurt me wel meer, dat 'k ineens tegen eten opzie.... Maar 'k laat me niet dwingen. (Eet).
— L’appétit vient en mangeant. ....Prettig zoo samen, hè?
— Zoo met z’n twéétjes alleen____
Cor:
En zonder thee____
Stans (aarzelend):
Heb jij in die vier maanden èrg naar me verlangd ? Heel erg ? Cor:
Vraag je dat nog?
Stans (moeilijk etend):
Heb je nou nooit ?
Cor:
Of'k wat?....
Stans;
....Heb je nooit naar andere vrouwen gekeken?
Cor:
Gekeken (knikt).
Stans:
Enkel gekeken? Enkel gekéken?
Cor:
Natuurlijk.
Stans:
Vroeger — dee je toch meer dan kijken.
Cor (vroolijk):
Vroeger] Maar als je zeker portret in'n portefeuille draagt, verlang je enkel.... (haar de hand over tafel toestekend).... Of niet? Of niet?
Stans:
Moet’k dat gelóóven? Heb je niet één zoo'n klein geheimpje voor me? (Annemie brengt met 'n stuursch gezicht de thee bin~