Allerzielen

Titel
Allerzielen

Jaar
1915

Pagina's
134



34

Nansen. ’k Maak je me compliment over je logica,,

De koster. Me twee jonges hebben nou al zoo lang as dat an de gang is — op de grond gelegen — en op de grond in dat nattige weer is 91 nie alles.

Nansen. Daar had ’k eerder an kunnen denken. Dan sta ik ’r op, Langebier, dat ’t geen uur langer blijft.

De koster. Da’s best. Da’s best. Maar waar mot u dan ? ... .

Nansen. Wat je jongens twaalf dagen hebben volgehouen — ’k beloof je, ’k zal ze bedenken! — kan ik ook nog wel 9n dag of vier.

De koster. As ’t enkel voor ü was, zou 9r geen woord van me lippe komme — dat ken u pro-beere as u is ziek leit....

Nansen. Nou wor je tè hartelijk.

De koster Maar mijn jonges op de grond

voor ’t eerste 't beste vrouwmensch, dat, dat....

Nansen.... Geen bijzonderheden, asjeblief! ’k Weet alles.

De koster. As u alles weet wat 9r in de papiere staat....

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.