Het zevende gebod

68

dezes gelaten. — Beroerd stijltje. Kosten f 5.90 ’k Wou dat ’k ƒ5.90 had.

Peter. Ik ook.

Bart. Verduiveld, wat zit jij öp ’t vuur! ’t I& liier om te stikken.

Peter. Nee — laat de deur dicht asjeblief. Ik voel me beroerd, verdomd beroerd.

Bart. Ja — je ziet ’r katterig uit. Je plakt te veel thuis, ouwe jongen.

Peter. Heb je schaatsen gereden vanmiddag ?

Bart. Als ’n koning — die schaatsen van Prins zijn magnifiek.

Peter (glimlachend). Als ’n koning schaatsen gereden — op de schaatsen van Prins — en geen duit op je zak — ’t is romanesk...

Bart (bij den tabakspot). Ach! Ach!

Peter. Zoek maar niet.

Bart. Nergens zoo’n héél klein endje ? (zoekend) Nee. Niks. Weetje wat ’k den ganschelijken dag gerookt heb? Twee afgekauwde stompjes die in de kolenbak lagen. Waar smijt jij je endjes? (kijkt in de kolenbak). Niks. ’k Geloof dat Engel pruimt. Wacht ’r is. Dat is ’n vondst, (vergruizelt het stompje in zijn pijp, bukt zich naar het vuur) Hè! Da’s — da’s — ruik is ...