eigenaardige status van een uitermate klein volk, dat omstreeks 1815 op nog geen 3.000.000 kan worden geschat.
Bezien wij voor een snelle oriëntatie de volgende tabel, ontleend aan M. van der Heijden, Joodse omzwervingen (Amsterdam ± 1940):
Percentage van het totale aantal, wonende
Jaar
Totaal
aantal
Joden
in het nabije Oosten
in Oost-Europa
in de rest van
Europa
in de
landen van overzee
70
5.000.000
98.0
_
2.0
_
1000
2.500.000
80.0
2.0
18.0
—
1490
1.500.000
50.0
5.0
45.0
—
1800
2.500.000
40.0
44.0
15.0
1.0
1850
4.750.000
12.0
72.0
14.5
1.5
1880
7.750.000
8.0
75.0
13.5
3.5
1900
10.500.000
5.8
61.4
21.2
11.6
1938
16.700.000
8.2
46.0
13.5
32.3
Hierbij valt terstond o.m. op, dat omstreeks 1500 het totaal-aantal Joden wel uitermate gering was geworden! N.b. anderhalf miljoen! De vervolgingen waren ook toen niet zonder meer aan onze historie voorbijgetrokken. Daarna gaat het getal der Joden gestaag omhoog, doch omstreeks de jaren waarmee wij ons nu occuperen, vormt het Joodse volk nog een wel zeer kleine natie, die eerst omstreeks het begin van deze eeuw de 10 miljoen bereikt. Een uitbreiding, die zeker mede gezien dient te worden als een gevolg van sociale opbloei in de eeuw van Emancipatie.
En nog iets springt uit de cijfers naar voren: het oude Aziatische Israël was langzamerhand een Europees volk geworden (waarvan een belangrijk deel intussen nog in Oost-Europa gevestigd was). Zoals Mark Wischnitzer het niet ten onrechte formuleert: “Ein Europaisierungsprozesz von unge-ahntem Ausmasze hatte ein vorderasiatisches Volk in verhaltnismaszig kur-zer Zeit umgeformt.” Een bijzonder belangrijk aspect in de historisch-so-ciologische verhoudingen, dat eerst in onze tijd doorbroken wordt. Maar zover zijn we nog niet.
In elk geval zijn we mèt de twee en een half miljoen Joden weer in Europa en om het in 1815 precies te stellen: in Wenen, in het prachtige paleis Schönbrunn, waar “der Kongress” niet alleen “tanzte” maar ook nog gelegenheid vond door middel van één voorzetsel de Joden in de Duitse landen weer voor een halve eeuw achteruit te zetten. Was het niet symbolisch dat de Berlijnse Professor Friedrich Rühs in zijn Uber die Ansprüche der Juden auf das deutsche Burgerrecht (1815) protesteerde tegen Christian Wilhelm
15