35
interpretatie. Maar ook: zoo goed als „de wet” recht is, zoo goed is wets-interpretatie een begrip der rechtskundige significa. Niet in de eerste plaats: beschrijving van de verschillende wijzen van interpretatie. Maar wel: bezinning op het wezen der interpretatie. Ook hier is de Nederlandsche rechtswetenschap weder onbezonnen,
Mr. K. Jansma begint zijn Proefschrift „Uitlegging' van overeenkomsten” zeer terecht gelijk volgt: „Het is opmerkelijk, dat de schrijvers, die zich met het onderwerp van dit proefschrift inlaten, bijna zonder uitzondering nalaten te zeggen, hetgeen men toch in de eerste plaats van hen zou verwachten te hooren: wat of nu eigenlijk onder uitlegging van overeenkomsten verstaan moet worden.”
Zoo is het ook met de schrijvers over: uitlegging van wetten. Slechts twee bladzijden bij Prof. Mr. G. A. van Hamel in zijn „Inleiding tot de studie van het Nederlandsche Strafrecht” over wetstoepassing en wetsuitleg-ging.1) Eveneens twee bladzijden bij Prof. Mr. D. Simons: „Leerboek van het Nederlandsch Strafrecht”. En dan nog alleen over „de regels voor de uitlegging” en over „analogische uitlegging”2).
1
) Blidz. 158 v. Het „alplhabetiscih. register” op „uitlegging” verwijst naar bldz. 168.
2
) Tegen „analogisdhe uitlegging” maakte ik bezwaar in „De Beweging” van Juni 1918 blda. 459.