״De wetten en de openbare meening zullen hiermede rekening hebben te houden, dat deze afwijkende gevoelsneiging niet is: ״per-versité" maar: ״perversion", dat wil zeggen, dat zij om zich te ontwikkelen eenen bepaald geaarden aanleg eischt, en in vele gevallen een ziekteverschijnsel is. Dit wetenschappelijk vaststaand feit moet ten slotte toch eens een einde maken aan het ingekankerde vooroordeel, waarmede menschen veracht worden en veroordeeld, wier eenige schuld is, dat het harde Lot hun homosexueele gevoelens en neigingen heeft toebedeeld. Ieder, die de gerechtigheid en de menschheid liefheeft zal met diepe voldoening hooren, dat de afwijkende in zijne neigingen naar Liefde, daarom nog geen misdadiger is, maar dikwijls wel ongelukkig. Hij is geen schenner van de menschheid, maar een minder door de stiefmoederlijke natuur bedeelde. Hij verdient evenmin minachting als iemand, die met eene lichamelijke afwijking geboren wordt.
De feiten van de geschiedenis en mijne eigene clinische ondervinding hebben voor mij voldoende vastgesteld, dat het dikwijls menschen zijn, die alle eerbied verdienen en op eene maatschappelijk nuttige wijze werkzaam zijn, en die alleen het ongeluk hebben, dat sommige hunner gevoelens afwijken."
Volkomen hebben letterkundige kunstenaars, romanschrijvers of dichters of tooneelschrijvers het recht hun onderwerp voor een letterkundig kunstwerk aan de levenswijze van die ongelukkige lieden te ontleenen.
Dat, en niet iets anders, heeft de Heer De Haan gedaan. Toch haalde het verschijnen van zijn boek ״Pijpelijntjes" hem vrijwel onverwachte vijandelijkheden op de hals van vele zijner toenmalige staatkundige vrienden: de socialisten. Zij stelden zich erger aan dan de meest duffe dompers, en de meest bekrompen puriteinen. De ijveraars voor eene bijbelsche moraal meenden niet beter te kunnen doen, dan hunnen makker te verloochenen en te belasteren, eene laaghartigheid, waardoor de heer De Haan in vrij groote bezwaren geraakte, daar hij door hun gedrag van zijne bestaanszekerheid werd beroofd.
Dan toonde een van de groote mannen van het socialisme, een van zijne edelste en meestbegaafde aanhangers, Lassalle toch meer hoogheid van karakter.
Toen een voorman van de socialisten Dr. Schweizer, veroordeeld was wegens zoogenaamde onzedelijke handelingen, haastte zich de
vin