Geschiedenis der Portugeesche Joden te Amsterdam 1593-1925

Titel
Geschiedenis der Portugeesche Joden te Amsterdam 1593-1925

Jaar
1925

Pagina's
198



16

vrijzinnig had hij zich getoond, dat hij iemand, die de ver-eischte kundigheden daartoe miste, had gemachtigd, als ritueel slachter (Shoget) op te treden. Daar de Chagam Isaac Uziel in scherpe bewoordingen iedere tekortkoming op godsdienstig en ritueel gebied hekelde, zonder met de eigenaardige geestestoestanden dezer „nieuwe” Joden rekening te houden, verwekte zijn strengheid groote ontevredenheid. Naast ijverige aanhangers kreeg de Chagam ook verbitterde tegenstanders, die zich eindelijk afscheidden. Zij kozen zich tot hun Rabbijn David Pardo, zoon van den vroeger genoemden Jozef Pardo, die zich beter bij de levenswijze zijner gemeenteleden vermocht aan te sluiten en die het aannemen van dit ambt bij de nieuwe Gemeente verontschuldigde met het argument, dat hij daardoor uitbreiding van tweedracht wilde voorkomen. Met,groote omzichtigheid streefde hij naar de verwezenlijking van zijn ideaal: de vereeniging der drie Gemeenten, wat hem in 1639 gelukte. Hij heeft zich bovendien verdienstelijk gemaakt door de oprichting der rentelooze voorschotbank Chonen Dalim (1625) en door zijn Spaansche vertaling van het populaire godsdienst-philosophisch werk Chobat ha-Lebabot (1610).

Ook de Synagoge dezer derde Gemeente stond op de Houtgracht, waar het Gebouw „de Herschepping” (feestgebouw „Waterloo”) thans is gevestigd. (Zie afb. p. 15)

Naast David Pardo waren leden van het Rabbinaats-college: Samuel Tardiola (1619), die echter spoedig naar Jeruzalem vertrok en Isaac Aboab da Fonseca, van 1626 tot de Vereeniging der drie Gemeenten, over wien later.

Deze drie Gemeenten leefden in eendracht samen voort. Haar belangrijkste aangelegenheden vinden wij besproken in een vergadering, waarin de „Mahamad” van alle drie „Kehilloth” samen kwamen.

Zoo b.v. bij gelegenheid, dat bij de „Senhores Quinze” (de 15 Parnassim der drie Gemeenten; elke Gemeente werd door een college van vijf Parnassim bestuurd) klachten van de Hahamim waren ingekomen, dat de leden der Gemeenten zich schuldig maakten aan de „zeer groote zonde” („gran-dissimo peccado”) hun geschillen te onderwerpen aan de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.