David Abendana Pereyra is synoniem met Francisco Nuiies Pereyra, wien de Barrios eerst in 1598 te Amsterdam laat komen, zoodat hij in 1597 niet tot de eerste leden der Gemeente Bet Jaacob kan hebben behoord.
Over het aandeel, dat Ishac Franco Medeyros had bij den aankoop der begraafplaats te Ouderkerk, zullen wij het later hebben.
De eerste Mohel (kerkelijk besnijder) der Gemeente was de meergenoemde Aron Uri ha- Levi, die 931 personen in het Verbond van Abraham heeft opgenomen; de eerste .Rabbijnen: Jozef Pardo uit Saloniki (overl. 11 Oct. 1619) en Mozes ben Aroyo, die echter spoedig naar Konstanti-nopel vertrok en. vervangen werd door Saul Levi Morteyja. De eerste voorlezer (Chazan) was Joseph Salom (Gallego), van wien een hebreeuwsche liederen- en gebedenbundel tot ons is gekomen (gedrukt in 1628 bij Menasse ben Israël) en een zede-kundig werkje in het Spaansch. Hij vertrok later naar Palestina, waar hij in 1624 overleed. Verder worden nog genoemd: Aminadab als eerste Wetschrijver (Sopher) en Dr. David Farrar en Dr. Simon Lopes Rosa (alias Abraham Farrar) als eerste geneeskundigen.
Het getal der uit Portugal gevluchte Marranos nam, op de gunstige berichten van hunne verwanten in Amsterdam, gestadig toe, vooral toen hun in 1601 was toegestaan, het land te verlaten, wat hun sedert 1567 zoo goed als onmogelijk was geweest. Het aantal emigranten schijnt dan ook zóó groot te zijn geworden, dat in 1610 weder het oude verbod werd uitgevaardigd.
De vele nieuw-aangekomenen vestigden zich in de nieuwe buurten, die aan den zuidelijken rand der toenmalige stad bij hare uitbreiding waren ontstaan, vooral op de Bree-straat, Houtgracht en Vloyenburg. De Houtgracht was drie kwart van een eeuw het cultureel middelpunt der Por-tugeesche Joden: behalve de reeds genoemde Synagoge ontstonden hier (in 1620) de eerste schoollokalen en de bedehuizen der beide andere gemeenten.
In den beginne waren de Portugeesche Joden officieel niet geduld, maar als het>ware over het hoofd gezien. Toen