INLEIDING. Bk.
De bewerking van den diamant................................. 1
Het kloven. 1. — Snijden. 5. — Slijpen. 6.
HOOFDSTUK I.
De contractsvorm........ 9
§1. Aanneming van werk en Huur van diensten. 9—20.
Onze wet. 9. — Romeinsch Recht. 10. — Arbeidsovereenkomst, geen diensthuur. 11. — Criteria: Het voorwerp. 12.— De tijd. 13.—
De mate van afhankelijkheid. 13. — Crome. 14. — Opzoomer. 15. — Endemann. 16.— Conclusie. 16. — Mr. Drncker, Schmoller. 17. — Critiek daarop. 18. — Toepassing op de diamantindustrie. 20.
§2. Klovers en snijders. 21—28.
Huisarbeiders. 21. — Ondernemers van winkels. 21. — Werkman op den winkel van den juwelier. 22. — Chef. 25. — Conclusie. 27.
§3. De Sippers. 28—32.
Inleiding. 28. — Juwelier en sipper. 29. — Slppersbaas. 30. — Eigenwerkmakers. 31. — Conclusie. 32.
§4. Conclusie. Wie aannemers, wie partijen in arbeidscontract.
32—33.
HOOFDSTUK II.
Het sluiten der overeenkomst................................... 34
Geene bijzondere vorm. 34. — Behalve bij leerlingcontracten. 35. — Gevolgen van vormloos contracteeren: moeilijkheden betrekkelpk het bewijs: o. de vraag of eenig werk is opgedragen en hoeveel. 36. — b. grootte of gedeeltelijke betaling van het loon. 39. — c. de inhond van het contract. 42. — Ander schriftelijk bewps.
43. — Toestemming door tusschenpersonen. Loopjongen. 43. — Chef. 44. — Uitgever. 45. — Inhoud van ’t contract. Bestendig gebruikelijke bedingen. Arbeidsreglementen. 49. — Gevolgen. 50. —
Rechtskracht van Bondstarieven. 50.
HOOFDSTUK III.
De partijen van het contract.................................... 54
Algemeene voorschriften. Minderjarigen. 54.— Mr. Drucker. 55.—
Bij ’t zwijgen van de wet, controversen. Diephuis, Drucker.