113
Algemeens Nederlandsche Diamantbewerkersbond.Goedgek. bij Kon. Besl. van 3 Sept. !96, No. 42.
Tarief voor* B rillant verst ellen.GROF.
Uitsluitend brillandeeren, per molen ƒ 5.50 Uitsluitend lappen, per molen ƒ 7.—
„ kruisslijpen „ „ „ 6.— Voor alles tezamen „ ,, „ 6.—
SORTEERING EN KLEIN OP VAST GELD.
Van 3—4 tot en met 23—4, per molen/ 6.—
Van 24—4 tot 40—4 ƒ 6.25 Van 71—4 tot 80—4 f 8.—
„ 41—4 „ 50—4 „ 6.50 „ 81-4 „ 90—4 „ 8.50
„ 51—4 „ 60—4 „ 7.— „ 91—4 „100—4 „ 9.—
„ 61—4 „ 70—4 „ 7.50 Boven 100—4 (brillant) „ 10.—
SORTEERING EN KLEIN OP EIGEN KOSTEN.
Van 3—4 tot en met 40—4, per molen ƒ 5.—, met 10 pCt. boven ƒ 40.— werk per week.
41*—4 „
„ 50—4, „
„ 5.—,
„ 12‘/j pCt.
„ „ 40.—
51—4 „
„ 60-4, „
„ 5 —,
„ 15 pCt.
„ „ 40.-
61—4 „
70-4, „
„ 5.—,
„ !7'/i pCt.
„ „ 40.-
71-4 „
ii 80—4, ,,
„ 5.-,
„ 20 pCt.
„ „ 40.—
81—4 „
„ 90-4, „
„ 5.—,
,, 22’/j pCt.
„ „ 40.-
91—4 „
„ 100—4,
„ 5.-,
„ 25 pCt.
„ „ 40.-
Kleiner dan
100—4 per molen ƒ 5.—
met 30 pCt. boven
ƒ 40.— werk per week.
B IJ BEPALINGEN.
Als een slijper drie dagen in een week werkt en hij maakt in dien tijd f 30.— werk, dan wordt het verstelgeld berekend naar den maatstaf van f 60.— werk per week.
Indien echter de slijper bijv. in de eerste vijf dagen der week f 30.— werk maakt en op den zesden dag f 10.— werk, dan wordt het verstelgeld berekend naar het totaal bedrag aan werk dat gedurende de geheele week gemaakt is, nl. f 40.—
Deze uitlegging is vastgesteld in de vergadering van het Hoofdbestuur van 5 Januari 1898.
Hel Hoofdbestuur van den A. N. D. B.
Henri Polak, Voorzitter.
Jan A. van Zutphen, Secretaris.
8