DE ZIENDE
Ik weet dat zij haar hoofd verscholen houdt m zwarte pijn, dat zij alleen het avondvuur gelooft, vlammen die dodelijk en donker zijn.
Haar ogen zien het donker eer het zich voltrekken mag, zij weet dat ook de nacht nog al te zeer met menselijke maten meet;
dat nooit haar wanhoop wordt gesteld voor uitersten die even groot, even erbarmloos en gekweld als zij ontsprongen aan den dood.
Wanneer haar handen nog een keer stilte gebieden op de aard, wanneer zij in een laatst verweer den hemel in de ogen staart;
10