ONTBINDING
Zeeblauw dat die morgen brandde. Er stapten mannen in het late licht, zij hielden hun handen als mensen die met zichzelven praten.
Het witte schuim waartegen zwart tintte het water.
Bloeien dat angstig werd en hard.
Wij vonden later
ook dit niet meer. Wij gingen saam eenzaam en overmand.
De dingen riepen om een naam, maar er was geen verband.