HET ONVERGETENE
Alles wat onvergeten blijven moet: haar stem des avonds in de stille lucht, het schrijden, zee en hemel tegemoet, gelijk een nimmer achterhaald gerucht;
de huizen, waar het kleine wonen was der stervelingen die geen uur ontgaat; en wij, de vreemdelingen, van een ras dat nergens sporen in de tijden laat.
Geen woorden kunnen baten voor de pijn, waarmee ik het verledene ervaar, maar zwijgende zou ik verteren.
Zo lang er stilten achter klanken zijn, tracht ik naar het verlossende gebaar dat dood en duister kan bezweren.