M. MOK
VUURMERKEN
In deze nieuwe bundel van Mok zet de stijging zich voort, die er sinds een aantal jaren in zijn lyrische poëzie is gekomen. Hij is bij uitstek de dichter die de verwoestingen van de oorlog nog steeds tot in zijn diepste wezen ervaart. Zo kon hij de tolk worden van de vele doden wier stem is afgesneden en die geen teken hebben nagelaten. In eerste instantie is hij echter e> ’
de dichter van 's mensen existentiële eenzaamheid. Zijn gevoel voor de krachten der natuur heeft ook in deze bundel het aanzijn geschonken aan verzen, waarin de bewegingen van aarde en kosmos scherp zijn geobserveerd en weergegeven. Ook de intermenselijke betrekkingen zijn in deze poëzie verwoord en daarbij staat het kind op de voorgrond, zowel uit het gezichtspunt van de oudere die de dichter nu is als uit dat van het kind dat hij eenmaal zelf is geweest.
De Noorse Suite die de bundel besluit, vat al deze aspecten samen in
UITGEVER IJ A. A. M. STOLS / J.-P. BARTH