De moeder zingt het kind in slaap Suje! Suje!
Slapen! Slapen!
Zoo licht als een gazelle treedt het moedertje, in 't blauwe kleed, houdt ’t zachte kindje op haar arm, het witte dekje dekt het warm.
De voeten schuiflen zacht vooruit, de gouden haren liggen uit als gouden wa op ’t blauwe kleed, en deinen, deinen, wen zij treedt.