Gewijde liederen

Titel
Gewijde liederen

Jaar
1926

Pagina's
64



Moeder wiesch jou gatje nou,

en wacht op de sjabbesvrouw, ’t nachtlichtje is klaar gezet en ’n pootje, en ’t lampet, Jaangkof, Awroom en Jitschok waakt

dat geen boos oog

vannacht genaakt.

Zoetjes, zoetjes, zoetjes, mijn,

waar die lichte sterren zijn,

al dat donker daar omhooge wordt van engelen doorvlogen,

die zingen kindertjes goenacht: de sjabbesvrouw vrijt met den wacht.

49

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.