Gewijde liederen

Titel
Gewijde liederen

Jaar
1926

Pagina's
64



Krijt niet zoo mijn jongetje mijn kleine pareldoos want God heeft u aangenomen gelijk hij Izak nam, gelijk de avonddamp vaart naar ’t lichte maangezicht alles is blank en licht, zoo gij zijt nu, zoo zuiver.

Maar door de wijde straten zult gij later gaan, een trotschen man: en zij zullen stille zeggen in zichzelve, das 'n Ben Berieth! n Jood!

33

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.