״De beste programma's zijn die, welke het gekke, dat in elk mens steekt, tevoorschijn weten te brengen."
Wat hij „het gekke" noemt, zijn de eilandjes in
de zee van het onbekende.
Ieder mens bezit van die „eilandjes". Ze komen
op de meest onverwachte ogenblikken boven
water.
Jaren geleden heb ik, als jong verslaggever, moeten aanzitten aan een uitvoerige feestdis, toen de voorzitter van een viscollege gehuldigd werd, omdat hij veertig jaar lang had weten te voorkomen, dat men hem van zijn zetel weg-intrigeerde.
De voorzitter hield een indrukwekkende rede. Hij begon bij Adam en Eva en eindigde bij Ne-lis Vogel en Kik Geudeker. Na hem kwam het oudste lid aan het woord. „Kijk eens" redevoerde die, langs zijn neus weg. „Zo mooi als onze voorzitter kan ik het niet zeggen. Hij is wat de Fransen noemen een kou-zeur en ik ben maar een zeurkous". Zulke voorvallen hebben mij geleerd niet aan ons volk te wanhopen. Heus, die ernst raken we wel kwijt; en als we ons niet meer voor de „eilandjes" generen, dan zullen we eindelijk onszelf weer eens zijn.
9