De Centrale, Vijftig jaar arbeiders-levensverzekering

Titel
De Centrale, Vijftig jaar arbeiders-levensverzekering

Jaar
1954

Druk
1954

Overig
1ed 1954

Pagina's
228



Men ziet uit deze tabel opnieuw hoe moeilijk de beginjaren financieel zijn geweest. Pas na ongeveer 10 jaar verschijnt een vrije reserve van f io.ooo,—! Thans, na 50 jaar, bedraagt deze meer dan 5 millioen gulden. Bij de tabel worde nog aangetekend, dat de verhouding tussen de wiskundige reserve en de vrije reserve in de dertiger jaren zeer gunstig is mede ten gevolge van de wijze van reserveberekening, waarop reeds werd gewezen. De gegevens voor de jaren vóór en na 1939 zijn daarom niet vergelijkbaar. Dat de vrije reserves, bij de thans gevolgde netto methode - terwijl in de laatste jaren de grondslagen der berekening, door omrekening, wat het rentepercentage betreft, nog aanzienlijk veiliger zijn geworden - meer dan 8% bedragen van de wiskundige reserve, wijst op een zeer krachtige positie. De oorlogsmoeilijkheden zijn volkomen overwonnen.

De ontwikkeling der ontvangsten biedt hetzelfde beeld als dat van de verzekerde bedragen en der reserves. In 1910 is men dankbaar, dat de ontvangsten het bedrag van f 100.000,— overschrijden, in 1951 wordt de 10 millioen gulden bereikt.

Tegenover de ontwikkeling der ontvangsten dient natuurlijk de ontwikkeling der uitgaven te worden gesteld. Een algehele analyse, welke de gedane uitkeringen, de reserveringen, enz. mede zou moeten omvatten, zou te ver voeren. In onderstaande tabel 3 is daarom slechts één onderdeel vermeld, dat echter de activiteit van het bedrijf - de ontwikkeling der lonen in aanmerking genomen - het best karakteriseert, nl. het aan afsluitprovisie, salaris, incasso en sociale lasten betaalde bedrag.

Wanneer men de cijfers in de laatste kolom van tabel 3 stelt tegenover de cijfers in de laatste kolom van tabel 2, krijgt men een beeld, dat typerend is voor de opbouw van een verzekeringsbedrijf. In het eerste jaar (1904) ligt het bedrag aan lonen en salarissen tezamen (afgezien dus van alle overige onkosten!) op 80% van de ontvangsten! Na 10 jaar is dit percentage gedaald tot 33, na 25 jaar tot ongeveer 20. Daarna blijft de verhouding tussen uitbetaalde provisie, lonen en sociale lasten enerzijds en de ontvangsten uit premiën en renten

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.