WOORD VOORAF
Hoe zal ik ooit die dag vergeten?
Het was de 14e mei 1940, des avonds half acht. Een half uur tevoren had de radio de capitulatie van ons leger aangekondigd. Met mijn vrouw liep ik langs de straatweg van Velsen naar IJmuiden, afgemat door een dag van zenuwslopende spanning. Zouden we op dat laatste moment de haven nog bereiken. Waren er wel boten, die naar Engeland voeren?
Opeens een kreet: 'Loe!' Een auto stopte. Mijn vrouw tuimelde erin, voor mij was nog slechts plaats op de treeplank. Meyer Sluyser had ons gezien. Een kwartier later waren we bij een boot, een halve dag later lagen we voor Dover. En ik wil aannemen, dat Meyer Sluyser mij zo het leven gered heeft; dat zijn blik, zijn kreet mij bewaard hebben voor Westerbork, Ausschwitz, Sobibor.
Dat ging mij, niet voor het eerst, door de geest toen hij mij vroeg dit 'boek voor de jeugd van alle leeftijden', zoals hij het noemde, met een enkel woord in te leiden. Is het wel nodig?
Ik heb zijn relaas met spanning gelezen. Er herleven jaren in, die geen, die ze doorstond, ooit uit de gedachten zullen gaan. Ze behelzen een les, speciaal voor de jongeren (maar de ouderen mogen daar ook wel aan blijven denken): dat eerst flinkheid, beginselvaste moed, toewijding, kameraadschap en aandacht voor de medemens, het leven in menselijke zin leefbaar maken.
Dr. L. de Jong
(Directeur Rijksinstituut voor
Oorlogsdocumentatie)