of de liberale? En wie van de orthodoxe rabbijnen of wie van de liberale rabbijnen, want ook bij hen is er een duizelingwekkende pluriformiteit aanwezig?
Ik ben zowel lid van de liberale gemeente als van een orthodoxe synagoge. In de liberale gemeente voel ik mij meestal intellectueel meer thuis, daar heb ik meer vrienden. In de orthodoxe sjoels voel ik mij soms spiritueel meer thuis. Ik waardeer de meer open, intellectuele houding tegenover de traditie van de liberalen, maar ik waardeer minstens zo zeer het starre vasthouden aan de aloude normen over hoe het jodendom eruit moet zien van de orthodoxen. De omgang met de geriem bij liberalen en orthodoxen verschilt; soms drijft de liberaal-joodse aanpak me terug naar de orthodoxen, soms drijft de onwrikbare zekerheid van orthodoxe geriem me terug naar het liberale jodendom. Het verschil zit hem in het recht dat een vreemdeling, een geer opeist voor zijn invloed op de ontwikkeling van de traditie en de invulling die deze van dat recht geven. Bij de orthodoxen zijn de geriem verantwoordelijk voor het strenger interpreteren van de halacha. Zij zijn meestal meer ultra dan de gewone orthodoxe jood in Nederland die de traditie van huis uit heeft meegekregen. Bij de liberalen zijn de geriem ook verantwoordelijk voor het strenger interpreteren van de liberale ideologie: met andere woorden, daar zijn zij de voorvechters voor een grotere en fundamentelere aanpassing van de joodse traditie in liberaal-joodse zin. Dus meer gelijkheid voor vrouwen, dat wil zeggen vrouwen die alle functies van de synagogale dienst op zich mogen nemen, tot en met rabbijn en voorzanger toe; het betekent vrouwen met keppeltjes en gebedskleden, het betekent de definitieve keuze voor een interpretatie van joodse wet als niet van God gegeven. Mij stoort die voorvechtersrol: zowel bij de orthodoxie als bij de liberalen, maar ze stoort me meestal