wee sperstraat/op prentbriefkaarten
de vrouw die in mijn droom verschijnt en daaruit moeilijk weer verdwijnt ontvang ik met een vaste sperr en een als nieuw uitziende ster
al is die dan allang verjaard ik heb zorgvuldig haar bewaard naar vorm nog gaaf en fris van kleur zoals ik - kenner - nuchter keur
wij hangen aan een zijden draad te wandelen in de smalle straat langs torenhoge huizenrij wegzakkend in mijn dromenbrij
waaruit ik langzaam wakker werd ontgoocheld want weer ongesterd naar uitzicht op mezelf op zoek: een ansicht uit de jodenhoek
26