Mien laid dat vlogt. Gedichten.
Heemstede 1970. -- 8°. 32 p.
Uitgeg. in eigen beheer.
Colofon: „Dizze mien daarde bundel in ’t grunnegers verschient november 1970 in n oploag van 100 ex. nummerd en taikend deur de dichter (...).”
Over de huid van mijn geheugen. Een cyclus joodse gedichten, (’s Gravenhage: Boucher 1970). -- 8°. 45 p.
Salomo: Keur uit zijn liederen. Uit het Hebreeuws vertaald. Kampen: Kok 197 U - 8°. 39 p.
„Verbaal”.
Vrije vertaling van het Hooglied, die een dichterlijke weergave van de tekst beoogt te zijn.
Syndroom. Joodse poëzie.
’s Gravenhage-Rotterdam: Nijgh en Van Ditmar 1971. — 8° .
62 p.
Nijgh en Van Ditmar’s paperbacks, no. 103.
Het eeuwige leven. Een bundel doodspoëzie.
’s Gravenhage-Rotterdam 1972. -- 8°. 118 p.
Nijgh en Van Ditmar’s paperbacks, no. 122.
Het geluid hing te trouwen. (Gedichten).
Haarlem: Holland (1972). -- 8°. 46 p.
De Windroos, no. 85.
We-ha-ofek bachalon (= en de horizon in het venster) (Heemstede (5)733 = 1972/3). - 4°. 29 bl.
Uitgeg. in eigen beheer.
De Hebreeuwse tekst is een facsimile van het handschrift van de dichter.
- 65 -