dan scheurt een villa uit mijn jeugd
twee meisjes
uit mijn lentevreugd
twee bloemenstengels hoog in stand
en ik: een horige met klamme hand
zij zien mijn vleugels niet hen snel ontvoeren
naar mijn kasteel
van lucht en goocheltoeren
kasteel / herinnering aan de meisjes p.1924
40