De verdwijning van Anneke Beekman en Rebecca Meljado, Witboek

geven uitstekende verzorging en opvoeding door de verzoekster in cassatie;

dat daarmede de beslissing van het Hoi gedragen blijkt te zijn door andere desiderata dan het belang van het kind;

dat immers de opvoeding in een Joods milieu, zonder dat aangegeven is wat daaronder moet worden verstaan, de voorrang blijkt te hebben en het Hof zelfs niet toegekomen is aan de overweging, oi het losscheuren op achtjarige leeftijd uit een omgeving, waaraan het kind zich met hart en ziel heeft gehecht en waarmede het reeds geestelijk vergroeid is, niet een uiterst funeste uitwerking in lichamelijk en geestelijk opzicht zal hebben, gelijk deskundigen voorspellen en ook de Rechtbank vreesde, evenmin ais het Hof heeft overwogen, dat het kind dan voor de tweede maal uit haar omgeving zal worden weggerukt, als ware het een ontwortelde, over wie vrijelijk en willekeurig tegen haar eigen verlangens door derden kan worden beschikt;

dat aldus handelende het Hol het beginsel, dat het belang van het kind bij uitsluiting de bepalende factor zal zijn, heeit geschonden;

dat het Hof zich had moeten eigen maken de stelregel, welke de Commissie voor Oorlogspleegkinderen ten beste heeft gegeven in haar verweerschrift aan Uwen Raad in de zaak Tobias H. c.s. betreffende Johanna M. (arrest van 26.8.1948 N.J. 48 nr. 617), luidende:

„Van uit een oogpunt van behoud en herstel van het „Jodendom in Nederland moge het te betreuren zijn, „dat een (overigens betrekkelijk klein) percentage „Joodse kinderen niet in Joods milieu wordt opge-„voed, het individueel belang der kinderen brengt in „bepaalde gevallen mede, dat hun niet opnieuw mag „worden aangedaan, wat zij reeds eenmaal moesten „ondervinden, dat zij van liefhebbende opvoeders, in „wier milieu zij wortel schoten worden weggerukt." Mitsdien Uwe Hooge Raad de aangevallen beslissing ver nietige onder al zulke beslissingen als Uwe Raad zal vermenen te behoren.

's-Gravenhage, 16 December 1948.

Verweerschrift van O.P.K.

De Commissie voor Oorlogspleegkinderen diende In deze zaak het volgende verweerschrift in:

23