INHOUD.
Herman Robbers. De gelukkige familie en een voor een............ 3
Augusta de Wit. Het dure moederschap ............................ 53
Karei, v. d. Woestijnë. I. Afwijkingen. — II. Interludiën. — III. De gulden schaduw .............. 62
Henri van Wermeskerken. De Assenhoeve .......................... 81
Albert Verwëij. I. Verzamelde gedichten. — II. De oude strijd. — III. Het blank heelal. — IV. Het
zichtbaar geheim................ 90
August Vermeylen. De wandelende
jood ..........................120
Balthazar Verhagen. Storm...... 128
Cecile de Jong van Beek en Donk.
lilia.......................... 136
Th. van Ameide. I. Verzamelde gedichten. — II. Lof der wijsheid. 149 Ina Boudier—Bakker. De ongeweten dingen.................... 159
M. J. Brusse. I. Het rosse leven en sterven van de Zandstraat en het nachtlicht van de zee. — II. I/and-
l00perij ...................... 170
Frans Erens. Literaire wandelingen 187 Henri Dekking. I. Winterkoninkje.
II. Een boek van Henri Dekking. 197 Arthur van Schendël. I. De schoone
jacht. II. De berg van droomen. 215 Daan van der Zee. Godsonteering. 227