8 ARON LAGUNA
Lisa.
M'n zwager Nathan heeft wel eens een änder boekie opegedaan over üw aristocraten!
Mevr. P a r e i r a (met diepe minachting). Nathan?... de valderappes?... De broer van je man?... Is dat óók al iemand?
Lisa.
Iemand?... Een best, vroolijk mensch... doodeerlijk.
Mevr. Pa r e i r a.
Bäh!... bäh!
Lisa.
U moest u schämen mama — hebt u zélf Rafeel niet?
Mevr. P a r e i r a. Agradesiede!... Kan ik het helpen dat God me däärmee gestraft heeft?
Lisa.
Och, al dat gepraat van u windt me maar op 0met wanhopige smartelijkheid stampend op den grond). Begreep ik maar iéts van m'n kinderen! — Maar ze vertrouwen me niet meer!
Mevr. P a r e i r a. Je eigen schuld.
Lisa (haar vuist zenuwachtig de schoot inborend). Zég u dat toch niet!
Mevr. Pareira.
De verdade!...