56 HEIJERMANS׳ DIAMANTSTAD. 2 7
schenleven niet vermag te beelden, dat zijn dramatische groepeeringen van zeer grof effekt zijn, en dat het echte, zeer echte in al zijn arbeid alleen gedragen wordt op zijn soms magnifieken humor, zijn boertigheid, zijn kleurige plastiek van karakteristieke levensmomenten, op zijn observeerende boetseering van typen en milieu, en vooral ook steunt op zijn soms zeer levendigen dialoog.
Bij Heijermans zijn de inenschen bijna allen ge-omtrekt, in gestalte gezet door den spottenden, scherpen, hatenden, of sentimenteelen waarnemer, bijna nooit door den menschzïener. Over hoeveel grootere en meer geweldige kwaliteiten van scheppingskracht en artistieke verbeeldingswerking zou Heijermans niet moeten beschikken om de mènschen in 't hart te raken, om het diepe kernleven ons te ontblooten. Wat grootere vermogens om te zijn de menschen- en menschheids-beelder, groot en geweldig, die alle hartstochten ziet bloeden en schreien, de ziel invreten en afschroeien, die alle smartgestalten ziet weeneri, die ook alle geluk, allen jubel opvangt uit de donkerste diepte van iedere ziel.
Zijn menschbeelding is vèr van 'n goddelijke objektiviteit die hoogste levenswet is voor élke kunstschepping. Ver ook van den schepselen-bou