NAPOLEON ALS KARAKTER SI
zijn er de kleinste wijziging in te hebben kunnen aanbrengen. Want dan zou alles om en rond hem, van individu tot menschheid, ook ènders hebben kunnen zijn. En dat is de as van het noodzakelijk geschieden uit haar onwijzigbare baan willen wegzwikken. Ik besef volkomen, hoezeer ik met deze beschouwing het gansche vraagstuk der physische en psychische causaliteit binnen den kring der historische feiten trek. — En ik verklaar mij dan ook te allen tijde bereid, het wijs-geerig-psychologische deel dezer karakter-ontleding afzonderlijk te willen verdedigen tot in de uiterste conclusies. Juist, omdat ik hier, de causaliteit, heerschen-de over stoffelijk en z.g. anorganisch natuur-bestaan, vergelijk met de causaliteit, even onwrikbaar en noodwendig heerschend over den menschelijken geest, de wilsvorming en zijn psyche, en dus schijnbaar speelsch van de stoffelijke naar de geestelijke oorzakelijkheidsleer ben overgestapt, voeg ik er dit bij. — Bij Napoleon's persoonlijkheid leek mij de toepassing der psychische causaliteits-leer juist zoo tireffend als bij geen ander groot man. Juist wijl zoo klaar kan worden aangetoond dat de indeterministen door hun vrijmaking van den menschelijken wil, weer zoo angstiglijk-zot het ״toeval" in het levensgebeuren binnensmokkelen. — Al gaat dit dan ook met een hoog beroep op Kant's intel-ligibele wilsleer, die hoofdzakelijk uitgedacht, uitgevonden lijkt om het Ik aansprakelijk te kunnen stellen voor zijn handelingen. Maar Napoleon behoeft hier zelfs niet den grimmigen grijns van Schopenhauer te vreezen.
Ik wil u nog enkele staaltjes geven van zijn veel-ikkigheid en de tegenstrijdigheid, die zoo buitengewoon zuiver de mengeling van zijn betooverende grootheid en onmenschelijkheid soms, bevestigen en, getoetst aan deze grondontleding van zijn karakter en onwijzig-baren aanleg, mede verklaren.