VI
DERDE TIJDVAK.
Het Jodendom gedurende de eerste helft der middeleeuwen (500—1040).
Bladz.
XXI. De Saboreërs (500—640)................ 47
XXII. De Joden in het Arabische rijk (500—658)......... 48
XXm. De eerste Geonim (700—930).............. 60
XXIV. Het Karaïsme (760)................. 53
XXV. Saadja (892—942).................. 54
XXVI. De laatste Geonim (930—1040)............. 66
XXVII. De Joden in Frankrijk en Duitschland (500—1040)...... 57
XXVffl. Rabbena Gerschom (960—1040)............. 69
XXIX. De Joden in Spanje (500—900)............. 60
XXX. Chasdai ben Izak en zijn tijd (900—1040)......... 62
VIERDE TIJDVAK.
Het Jodendom gedurende de tweede helft der Middeleeuwen (1040—1492).
Bladz.
XXXI. Samuel Ibn Nagdela (1000-1056)............ 65
XXXII. Salomo Ibn Gabirol (1020-1070)............ 67
XXXin. Izak Alfassi en zijn tijd (1013—1103)..........69
XXXIV. Juda Hallevie (1086—1146).............. 70
XXXV. Abraham Ibn Ezra (1092—1167)............ 72
XXXVI. Rasjie (1040—1105)................. 73
XXXVII. Een eeuw van lijden voor de Joden in Midden-Europa (1096—1200) 75
XXXVIII. Een eeuw van lijden voor de Joden in Midden-Europa (Vervolg) 77
XXXIX. De school van Rasjie................79
XL. De Joden in de andere landen van Europa en Azië (1000—1200) 81
XLI. Maimonides (1135—1204)............... 83
XLII. Honderd jaren van inwendigen strijd (1205—1306)..... 87
XLHI. Honderd jaren van inwendigen strijd (Vervolg).......90
XLIV. De Joden in Frankrijk (1200—1400) en Engeland (1200—1300) . 93
XLV. De Joden in Duitschland (1200—1300).......... 96
XLVI. Treurige toestanden in het Duitsche rijk (1300—1500) .... 98
XLVH. Verval van het Spaansche Jodendom (1300—1460)..... 100
XLVI1I. Verdrijving der Joden van het Pyreneesche Schiereiland . . . 103