145
(Allen zijn in het bekken van de fontein gestapt en rijzen er aan de andere zijde verjongd, als liefdesparen, uit. De Magiër, Banco en Cartolina, zien zwijgend toe. Toover-achtig licht beschijnt de verdwijnende liefdesparen, terwijl zoete muziek uit de verte klinkt. Zoo mogelijk ook he-melsch koorgezang en fontaine lumineuse... De paren verdwijnen langzaam in een stoet, terwijl het scherm daalt).
Einde van het tweede bedrijf.
10