Eens, laten we hopen spoedig, zal deze rampzalige oorlog tot het verleden behooren.
Oververzadigd zullen god Mars en zijn disch-genooten zich verheffen van den meest overvloe-digen maaltijd aller tijden.
Uitgedoofd worden de lichtkronen der feestzaal, wier wanden kwistig gedrapeerd waren met echte Perzische tapijten, bommentapijten, geweven te Teheran.
Een bacchanaal als nimmer te voren. Nooit eerder stroomde de roode champagne overvloediger, nimmer tevoren brachten de ijlboden, onder jubelende bijval, succesvoller overwinningsberichten, nimmer in de geschiedenis steeg de waanzin hoo-ger, was het rumoer heviger, waren de aanzitters van een feestdisch meer beschonken.
Een sinister concert verhoogde de feestvreugde in niet geringe mate en de hofdirigent van dezen wreeden vernietigings-Monarch speelde, hem ten dienste, dag en nacht onafgebroken.
Deze, in duivelscostuum gestoken dirigent, wist een cacophonie van geluiden te voorschijn te roepen: het gekerm der gewonden, het gillen der sirenes, het huilen der granaten en het bromgeluid der vliegende bommen.
22