jasper: Meneer Storm Nanning heeft geen ouwers meer. eef: Nou en?
jasper: Nou en? Nou en?! Wat ben je in 5n afgrijselijk-weemoedige bui, krekel! Maar ga toch zitten - ga dan toch zitten! - meneer Nanning Storm, die zoo pas je muzikaal talent heeft bewonderd. . . . nanning: .... Op m’n woord, mevrouw. . . . jasper: .... Is musicus. eef: Ik vind 5t best.
jasper: .... Hij heeft concerten in Duitschland - Oostenrijk - Amerika - waar nog meer ?. . . . nanning: .... Overal zoo’n beetje. . . . jasper: .... En overal zoo’n beetje gegeven! . . . .Hij balanceert op hondehokken. . . . eef: Ik vind alles best.
jasper: .... En heeft Miep’s jawoord, niewaar?
+ nanning: .... Sinds daarstraks zeven uur. jasper: .... Wat zullen we antwoorden, adoratie -- wij drie ? eef: .... Ik zeg niks. Ik lach niet over ’n schutting. Ik zeg niks. jasper: .... Da’s voorwaar ’n stille voor ’n storm - storm: Storm - excuseer de woordspeling, Storm... . Hahaha!.... Dus, kinderen ?
eef: Ik zeg enkel van een-honderd-negentien op drie-en-dertig, drie-en-dertig - meer zeg ik niet! nanning: (bij een gebaar van verwondering) 119 - 33. . . . ? jasper: .... (warm loopend) . . . .’k Zou je willen verzoeken, Eef. ... (tot Nanning, glimlachend) 5n Bijzondere liefhebberij van mevrouw Bonheur; ze is tot in ’t dolle verliefd op algebra en wiskunde. ... Ze deelt en vermenigvuldigt als ’n wonderkind. . . . Maar ga toch zitten, sylphide! eef: Nee, 5k kan 5t zoo wel af. As ’k vragen mag, wat brengt meneer mee?
33
Eva Bonheur 3