121
links in de werkplaats. De schel luidt. De mannen gaan wrokkig aan den arbeid. De patroon steekt onprettig ’n sigaar op. Gehamer. Geklop. G e schaaf. Arie knoopt den bundel gereedschappen los, begint te beitelen. Plots snikt hij het uit over de werkbank. Een snijdende gil van de stoomfluit houdt aan, terwijl het doek valt).
Einde.
Muiderberg, Juni, 1899.