De Machien

Titel
De Machien

Jaar
1899

Druk
1925

Pagina's
38



112

Een arbeider. En ik... Munt! (De cent valt).

Jacob. Kruis!

Een arbeider. Verdomd !

(Er wordt zwijgend geworpen door de drie volgende paren. Jacob roept „kruis” of „munt”. Zorgvuldig stil spel. Dan een gerekt zwijgen).

Jacob. Da’s zès paar ! Kom nou ! Mot jij Arie ?

Arie. Nee .... Ik ben bang ....

Jacob. Bang !... . Helpt je wat! Wil jij met mijn, Steen ?

Steen, ’t Zal wel motte .... ’t Is godgeklaagd op je ouwe dag!... Nee — ik mot smijten !

Jacob. ’k Zal je geen loer draaien!

Steen. Dat zeg ’k niet.... Daar denk 'k niet an.... Wat roep-ie ?

Jacob. Munt! (zij bukken gelijk).. . Kruis!... Kruis !....

(Een dof zwijgen, Aarzelend dobbelen de acht volgende paren. Gej'rit knielt in Jacobs plaats, leest af. Korte uitroepen „kruis !” — „munt!”. Dan opnieuw stilte).

Gerrit. Nou, Arie en Bart.... Durven jullie niet?


Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.