De groote vlucht

Titel
De groote vlucht

Jaar
1908

Pagina's
173



157

Marius (tusschenbeiden tredend).... Uw Hoogheid, dat zou ’n te groote onderscheiding zijn.. ..

Vorst.... Je heb gelijk, meester.... Dat stuk nieuwe tijd — de hééle nieuwe tijd, is geen

vorstelijken stokslag waard! .. . (tot den lakei)____

Door de tuindeur!... En onmiddelijk, onmidde-lijk! ... (af met de anderen over het terras).

ZEVENDE TOONEEL.

Hildebrand. Lakei — later Plums.

Lakei (den vorst nakijkend, gestreng).... Mag ik u verzoeken — mag ik u verzoeken onmiddelijk — onmiddelijk door de tuindeur — onmiddelijk — onmiddelijk . . . (dan plots lachend het hoofd omdraaiend). . . . ’t Heeft niet zoo’n haast, ouwe heer Hildebrand.... Alles thuis wel? ...

Hildebrand.... Ach! Ach ! . .. (vouivt de manchetten in zijn jaszak).

Lakei.... Waarom zucht je zoo ?

Hildebrand.... De domheid van m’n dochter. .. . Den heelen hemel voor zich te hebben — en ’t in ’n wespennest te zoeken. ...

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.