8
Na de beebeezet, zoals Zwaantje en Joost de buitenbaarmoederlijke zwangerschap, waren gaan noemen, volgde een controle-onderzoek.
‘Neem van te voren gerust twee paracetamolletjes in’, had de gynaecoloog geadviseerd. 'De meeste patiëntes vinden het een onderzoekje van niks, maar soms kan het toch wat gevoelig zijn. Vergelijk het maar met een stevige menstruatiepijn, om het zo maar eens te zeggen. Er wordt via de vagina contrastvloeistof ingebracht en een foto gemaakt waarop wij kunnen zien in hoeverre de eileiders toegankelijk zijn.'
Zwaantje, die zichzelf inmiddels een redelijk ervaren patiënte vond, nam drie tabletten in. De arts die haar ging onderzoeken. had zij nooit eerder gezien.
'Ga maar liggen en probeer te ontspannen.'
Zwaantje kroop met ontbloot onderlichaam op de onder-zoekstafel. Over de gehele lengte lag het papier met damast-motief dat in sommige restaurants als tafelkleed wordt gebruikt. Om zich te ontspannen streek Zwaantje haar vingertoppen over het tere reliëf.
‘Goed zo. Dan gaan wij nu het gas toedienen.'
'Welk gas?' vroeg Zwaantje. Plotseling viel haar de vrouwenarts in die haar tijdens een inwendig onderzoek voor pil-controle had gevraagd of zij joods was. Omdat zij niet had geweten wat zij in die situatie op die vraag moest zeggen had zij haar benen van de kniesteunen gehaald, haar voeten tegen de schouders van de dokter gezet en hem met speculum en al van zich afgeduwt. De man smakte tegen het gordijn dat een iele scheiding vormde tussen zijn kantoor en de behandelkamer. Daarop was Zwaantje van de onderzoekstafel afgeklommen en had zich uit de voeten gemaakt.
43