Stadiën

Titel
Stadiën

Jaar
1967

Overig
poezie

Pagina's
81



MEI TWEEËNVEERTIG

Mei tweeënveertig. In een Amsterdamse straat stonden donkere kinderogen boven sterren die brandden van een gele haat waar straks het licht dier ogen in zou doven.

Door het middaglicht kwamen onhoorbare voetstappen nader, kromden duizend handen zich om verborgen wapenen, liepen scharen onzichtbaren met opeengeklemde tanden.

De onschuld hief haar stem nog op in lichamen die over weken, maanden zich zouden kronkelen in een vergiftigd slop, met wilde armen die geen wTeg meer baanden.

Lopen door straat na straat, lopen voorbij die ogen. Er botten bomen in de lentewind.

Er voer geruis van leven door de hoge blinkende stilte boven kind na kind.

21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.