DE WANDELPIER
Een heer ging met een wandelpier uit wandelen langs een rivier.
De pier, door droogte zwaar bezocht, vroeg of zij even baden mocht.
Door ’s heren gunstige beschikking vond toen de pier alras verkwikking.
Maar eenmaal in haar element, heeft zij zich niet meer omgewend.
Zodat de heer wel zonder pier terug moest gaan langs de rivier.
31