Een bonte vlucht

Titel
Een bonte vlucht

Jaar
1911

Overig
Verzen

Pagina's
88



DORPSKERKJE.

Het kerkje is zoo oud, zoo oud de zwarte dennen rui sehen zacht, de blanke gouden hagenvacht murmelt stil en vertrouwd,

naar ’t wit-verweerde slanke schip. En hoog, oud en geslagen, zeer, buigt het vermolmde hoofde neer de toren, berstend rib en rib.

De zonne guldt den gulden haan en 't £tl — met groen en grauw bestoven — verbogen transen hoog naar boven en ’t deurtje aan de beenen aan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.